Het is kwart voor tien op maandag ochtend. Tevreden wachten we buiten om onze sleutel van het appartement in te leveren. Voor ons staan twee fietsen. Beide in top staat en bepakt met rode tassen, een grijze en zwarte stuurtas. We kijken elkaar aan. “Het is zover. Op naar Schiphol.”

Onderweg naar mijn ouders worden we direct geconfronteerd met het forse gewicht aan onze fietsen. Een kleine 50 kilo aan spullen zei de weegschaal. Veel meer dan nodig voor een doorsnee fietsvakantie. Maar dat is logisch. Er moet dit keer een waterfilter mee, een reserve brandstof fles voor op te koken, een stuk touw om de bearhang mee te maken en nog meer van dat soort spullen die je normaal niet nodig hebt. We ploeteren voort, wetende dat we goed voorbereid vertrokken zijn. De benen voelen nog zwaar van de verhuizing. Drie volle dagen hebben we besteedt om ons huis leeg te halen. Trap af met spullen en trap op met lege handen voor een nieuwe lading. En dat de hele dag door.. Behalve op zaterdag. Toen lagen we beide met een onverwachte kater op bed, balend dat we niet eens in staat waren om èèn doos naar beneden te sjouwen. “Ik ben blij dat de verhuizing erop zit meid”, zucht ik nogmaals. Ze knikt.
We draaien de straat waar mijn ouders wonen in. “Oh, mijn oma is er nog niet”, zeg ik tegen Yvette. Maar verhip, haar fiets staat al onder de carport. “Ja ik ben helemaal in stijl gekomen”, roept ze als we het huis binnenstappen. Beide moeten we lachen.
Allemaal lekkers staat op tafel; broodjes, kaas, ham, eieren en jus d’orange. Moeders heeft weer goed gezorgd. Gezamenlijk genieten we van de uitgebreide lunch op deze speciale dag. We vertrekken definitief. We nemen afscheid door op onze weg naar Schiphol bij familie langs te gaan.

Tegen tweeën zitten we op de fiets. Dit keer richting Heythuysen naar de ouders van Yvette. We volgen de knooppunten door de Heldense bossen. Langzaam prikt de zon door de grijze lucht. De eerste groene knoppen markeren een klein teken van de aankomende lente. We zullen er hier niet veel van meemaken.
In Heytse wacht ons een volledig ingerichte pipowagen voor de eerste nacht. “Kijk, zegt Yvette’s moeder, Ik heb ook de koelkast voor jullie gevuld.” We stralen. Wat een warm welkom weer! “Willen jullie een stuk vlaai?”
“Nou..”

Dinsdagochtend doen we Yvette’s opa en oma aan. Wederom eigenlijk te gezellig om te vertrekken, maar aan al het leuke komt een einde. Het afscheid volgt en we gaan richting Erp. Daar hebben we voor het eerst een warmshower adres (overnachten bij andere fietsers). Maar de dag kijkt grijs. Zo grijs dat het ook niet lang duurt voordat het begint met regenen. Die regen gaat nabij Helmond over in een wolkbreuk. Een mooie gelegenheid om onze nieuwe regenjassen eens te testen. Met de capuchon over ons hoofd maken we meters. Dat het regent is nauwelijks te merken. “Die jas is echt geweldig!”
We moeten nog flink doortrappen om tijdig bij het adres voor de avond aan te komen. De wind is net als gisteren onze grootste vijand, maar net voor zessen draaien we Keldonk in. Een dorp iets ten Zuidwesten van Erp. Vermoeid van de tegenwind en de continue regen bellen we aan. “Kom maar achterom”, gebaard de vrouw des huizes door het raampje naast de voordeur. Binnen in de garage staan twee mooie reisfietsen.
In de woonkamer wacht ons nog iets veel mooiers, een brandende en stralende houtkachel. Tevreden zakken we beide op de stoelen aan de eetkamer tafel. Elke stoel gekleurd in zijn eigen warme tint. De huiskamer oogt modern, en overal is een glimp van hun reizigers bestaan terug te zien. Zo ook de vier prachtige foto’s van Mount Cook in Nieuw Zeeland boven de bank. We kletsen. Over reizen, werk en andere interessante zaken als je elkaar nog maar net kent. “Hoe gaat het eigenlijk precies in zijn werk bij zo’n warmshower?”, vraag ik geïnteresseerd. “Nou jullie zijn onze eerste gasten, dus ik heb geen idee”, antwoord ze. We moeten lachen en langzaam kruipt de klok naar tienen. Gegeten, gedoucht en opgewarmd kruipen we in bed. Wat een warm welkom. Heel erg bedankt Jeanette en Vincent!!

Met de wind weer uit het Westen fietsen we ook naar het Westen. Na het oversteken van de Maas, ter hoogte van Lith, wordt het landschap weidser. Heerewaarden ligt in de uiterwaarden van de Maas en de Waal. Kaal en volledig in handen van de wind. Vroeg in de middag arriveren we alsnog na veel inspanning en weinig snelheid bij Yvette’s ouders en jongste zusje. Daar wacht ons een gezellige avond met haar broer, zus en Indische curry’s. Jan, nogmaals bedankt voor het heerlijke avondeten!

En dan op naar Utrecht. Het weerbericht van vorige week zal wel op het verkeerde land zijn gebaseerd, want voordat we de Lek oversteken krijgen we nog even een pak hagel over ons heen. Yvette fietst voor me op de dijk, flink schuin door een krachtige zijwind en geheel bedekt in haar blauwe regenjack. Tevreden lachen we naar elkaar. “Wat een fantastische jas!”

Ook bij Yvette’s oom en tante hebben we een heerlijke avond. Broodjes, bief, bier, ijs en een sight seeing tour door de stad. Geweldig!
“Kom even terug”, roept Peter als we ’s ochtends tien meter de straat uit zijn. We keren om. “Aha, de foto vergeten natuurlijk.” We lachen. De lucht is lichtgrijs in plaats van donkergrijs en de wind beperkt zich tot een matige windkracht 2. Wel uit het Westen natuurlijk…

Hoofddorp is onze eindbestemming. Tevreden kijken we terug op deze geweldige eerste week. Wij hebben er van genoten. Zowel van het fietsen als van de familiebezoekjes. Bedankt iedereen! Op naar LA.